89 verschillende soorten gemeentebelastingen in Vlaanderen kosten Vlaming gemiddeld 652 euro per persoon
Het Vlaams Belang heeft op basis van cijfermateriaal van Dexia en de Vlaamse regering berekend dat de belastingontvangsten van de Vlaamse gemeenten in het budget 2010 een bedrag van 652 euro per inwoner vertegenwoordigden. Voor een gezin van vier personen betekent dit al gauw een bedrag van ruim 2.600 euro extra, naast de reeds torenhoge inkomstenbelasting, BTW en andere federale, Vlaamse en provinciale belastingen. In totaal tellen de Vlaamse Steden en Gemeenten 89 verschillende soorten gemeentelijke belastingen (inclusief aanvullende belastingen).
Veel van deze lokale ‘pestbelastingen’ zijn enkel ingevoerd om de lokale schatkist te spijzen. Door hun zeer ruime fiscale autonomie, vastgelegd in de Grondwet, kunnen steden en gemeenten in Vlaanderen bijna naar goeddunken heffingen invoeren. Enkele voorbeelden van particuliere ‘eigen’ pestbelastingen van gemeenten zijn: belasting op het leggen van riolen, belasting op wegwijzers, belasting op honden, belasting op kermiskramen, belasting op opgravingen,… Ook pestbelastingen voor bedrijven, zoals bijvoorbeeld de belasting op drijfkracht en de belasting op het plaatsen van terrassen, tafels en stoelen, zijn schering en inslag in Vlaanderen.
De aanvullende belasting op de personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing, de twee belangrijkste aanvullende lokale belastingen, waren in 2010 goed voor 81,3% van de gemeentelijke belastingontvangsten. Deze heffingen verschillen echter aanzienlijk naargelang de gemeente waar de aanvullende belasting wordt geheven. Zo geldt bijvoorbeeld voor de aanvullende belasting op de personenbelasting in veel gevallen het principe “hoe armer de gemeente of stad, hoe hoger de aanvullende belasting”. Zo zal iemand uit de kustgemeentes Knokke-Heist, De Panne of Koksijde bijvoorbeeld, die 10.000 euro inkomstenbelasting moet betalen, daar bovenop geen gemeentelijke aanvullende personenbelasting moeten betalen, terwijl dit voor een inwoner uit Antwerpen echter 800 euro is.
Filip Dewinter: “De belastingdruk in Vlaanderen is reeds jarenlang torenhoog, zowel voor particulieren als voor bedrijven. Elke heffing extra betekent een aanzienlijk koopkrachtverlies voor consument en investeerder. Naast federale, Vlaamse en provinciale belastingen moet bovendien rekening worden gehouden met een wildgroei aan lokale taksen, heffingen en retributies. Het Vlaams Belang stelt vast dat er teveel verschillende gemeentelijke belastingen zijn en dat hun impact ervan op particulieren en bedrijven vaak onderschat wordt. Er moet dringend een einde worden gemaakt aan de wildgroei aan pestbelastingen”.
Het Vlaams Belang stelt daarom dat de bundeling van bestaande en de afschaffing van niet-kostendekkende belastingen, meer fiscale eenvormigheid tussen de gemeenten onderling door de invoering van een limitatieve lijst van toegelaten bedrijfsheffingen en maximumpercentages een stap in de goede richting zullen zijn. Deze maatregelen zullen leiden tot een grotere transparantie voor ondernemingen tegen een lagere fiscale en administratieve kost. De gemeentelijke autonomie zal grotendeels overeind blijven, terwijl de administratieve kost wezenlijk zou kunnen dalen. De centrale overheid daarentegen mag de hoge kosten van eigen beleidsbevoegdheden niet langer afwentelen op de lokale overheden.