Naar aanleiding van de niet-indexering van de werkingsmiddelen in het onderwijs werd door diverse inrichtende machten en vakbonden kritiek geuit op het bestaan van de maximumfactuur in het basisonderwijs, die de scholen zou verhinderen het tekort aan middelen via doorfacturatie minstens gedeeltelijk te verhalen op de ouders. Sommigen stellen het bedrag van de maximumfactuur ter discussie en vragen zich af of de kostenloosheid van het basisonderwijs niet in gevaar komt. 
Het Vlaams Belang, in het bijzonder Gerd Van Steenberghe, stelt vast dat men het debat omtrent de besparingen bij onderwijs probeert te verengen tot een debat omtrent de maximumfactuur. In werkelijkheid is de discussie over de maximumfactuur echter een schijndebat en wil men vooral voorbijgaan aan het werkelijke debat: de keuzes die de Vlaamse regering heeft gemaakt. Zo opteerde de Vlaamse regering bijvoorbeeld voor de invoering van een derde VRT-net, dat in de praktijk de kinderzender KETNET zal huisvesten, terwijl ze intussen fors moet snoeien in onder meer de werkingsmiddelen voor onderwijs. 
Het Vlaams Belang is het met deze keuze grondig oneens, en vindt het behoud van kwaliteitsvol onderwijs absoluut prioritair aan de invoering van een derde VRT-net. Kinderen zijn eerder gebaat met het behoud van degelijk onderwijs dan met gesubsidieerde kinderanimatie. De keuze van de Vlaamse regering toont nog maar eens aan dat zij haar prioriteiten totaal fout legt en dus totaal verkeerde keuzes maakt. 
Bovendien kan het niet dat Vlaanderen de Spaanse toer opgaat door het invoeren van dergelijke besparingen op één van de belangrijkste beleidsdomeinen. In Spanje besliste de regering onlangs om het aantal leraren te verminderen, leraars per week meer les te laten geven en meer leerlingen in een klas te stoppen. Hopelijk is dit geen voorbode van wat er in Vlaanderen dreigt te gebeuren.