Mama is bezorgd over het moskee bezoek !
Geachte mevrouw directrice,
Beste juf,
Met deze brief wil ik graag wat meer informatie meegeven omtrent het gepland moskeebezoek.
Ik heb alle begrip voor uw onderwijsproject waarbij u onze kinderen wil informeren over, en in contact wil brengen met verschillende culturen en wereldgodsdiensten.
Enerzijds ben ik persoonlijk van mening dat het niet aangewezen is om kinderen van de lagere school al in contact te brengen met theologie en politiek, aangezien dit volgens mij te zeer gevoelige en moeilijke materies zijn.
Anderzijds is samenleven met respect voor elkaar zeer belangrijk en kan je inderdaad pas respect hebben als je er iets over geleerd hebt, als je leert begrijpen waarom niet iedereen denkt zoals je zelf denkt.
Vooreerst wil ik u, voor zover dit nodig is, er op wijzen dat de moskee ‘Hacı Bayram’ in de Jef Lambeauxstraat, die u met de kinderen wil bezoeken, een Diyanet-moskee is.
(De lijst van de 65 moskeeën van Diyanet België vindt u terug op de website van Diyanet België)
Diyanet-mokeeën zijn Turkse staatsmoskeeën waarvan de imam betaald wordt door Turkije.
Zij behoren tot de ‘Diyanet’, het Turkse ‘Presidium van godsdienstzaken’, dat onder leiding staat van het ministerie van Algemene zaken van de Turkse president Recep Tayyip Erdogan.
De moskee die u zal bezoeken staat dus rechtstreeks onder het gezag van het hoofd van de Turkse regering.
De Diyanet-imams zijn Turkse staatsambtenaren die door Turkije slechts voor een beperkte tijd naar het buitenland worden gezonden, teneinde integratie in de gastsamenleving te vermijden.
De Diyanet-moskeeën zijn er allerminst op gericht om harmonieus samen te leven met niet-moslims of om een zogenaamde ‘Europese ‘islam’ te belijden.
Deze Turkse staatsmoskeeën staan, zoals ik al zei, onder leiding staan van de Turkse president Erdogan, die al herhaaldelijk heeft verklaard niet te geloven in een gematigde islam noch in gelijk welk integratiebeleid.
Onlangs nog gaf de Turkse president in Wenen een toespraak voor 13.500 gelovigen waarin hij letterlijk stelde: ”Wij zijn allemaal kleinkinderen van Suleyman”.
Voor een goed begrip: Suleyman was de Ottomaanse sultan die het beleg van Wenen (1529) leidde, dat diep in het Oostenrijkse en Europees collectieve geheugen is gegrift.
Zoals u ook weet uit de geschiedenisboeken was dit niet de eerste keer dat moslims Europa trachtten te veroveren en te islamiseren.
In 732 slaagde Karel Martel erin om de moslims voor de poorten van Poitiers tot stilstand te brengen. Het duurde nog vele eeuwen voor de Spaanse reconquista erin slaagde om de islam uit El Andalus te verjagen.
Verschillende eeuwen later zou de islam dus onder leiding van Ottomaans sultan Suleyman opnieuw proberen om Europa onder de voet te lopen en pas in 1683 slaagde de Poolse koning Jan Sobieski erin om het Turkse leger voor de poorten van Wenen te verslaan en terug te drijven naar de andere kant van de Middellandse Zee.
Nog het meest verontrustend is de meest bekende en tekenende uitspraak van Turks president Erdogan: “Democratie is slechts de trein die wij nemen totdat wij op onze bestemming zijn aangekomen. Minaretten zijn onze bajonetten, koepels onze helmen, moskeeën onze kazernes en gelovigen onze soldaten.”
In de moskee die u wil bezoeken met de kinderen wordt de islam, onder voormelde politieke leiding beleden, zoals in Turkije en het Midden-Oosten.
Het mag u niet verwonderen dat de Turkse overheid de leiding heeft over moskeeën zoals de ‘Hacı Bayram’ moskee, aangezien de islam, zoals u weet, naast een godsdienst ook een politieke ideologie is die Kerk en Staat niet gescheiden houdt zoals wij in onze westerse samenleving wel doen sinds de Verlichting.
De islam tracht niet alleen religieuze zingeving te bieden aan het leven waarin Allah en Mohammed centraal staan, maar het is ook een geheel van regels over menselijke relaties en de inrichting van de islamitische samenleving. De politieke ideologie, die gebaseerd is op het islamitisch principe van eenheid, streeft naar de utopie van een islamitische wereldorde door de strikte toepassing van de Koran en de sharia wetgeving.
Het is juist het politiek benutten van de islam, dat het geloof z’n filosofische onschuld ontneemt.
In mijn familie en gezin hechten wij zeer veel belang aan cultuur en principes. Niemand is gebaat bij het verloochenen van zijn identiteit, afkomst of cultuur.
Het is in die context van belang dat men altijd voor ogen houdt dat een mens altijd moet trachten ieder ander te behandelen zoals men zelf ook behandeld zou willen worden.
Onze dochter en zoon worden naar westerse traditie in gelijkwaardigheid opgevoed tot rationale, kritische individuen met respect voor ieders grond- en mensenrechten.
Een belangrijk aantal mensenrechten zoals vervat in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM), zoals de gelijkwaardigheid van vrouwen en mannen of godsdienstvrijheid, worden door de islam echter niet erkend noch gerespecteerd.
De moslimwereld, die het UVRM verwerpt, heeft een eigen Universele Islamitische Verklaring van Mensenrechten opgesteld. Deze zogenaamde Caïroverklaring formuleert een aantal mensenrechten, maar stelt daarbij voorop dat deze slechts geldig zijn voor zover ze verenigbaar zijn met de sharia. De hele islamitische verklaring van mensenrechten is ondergeschikt aan de Koran en sharia.
Er zijn een aantal basisprincipes en -waarden die moeten gelden voor elke mens ter wereld, en er kan wat dat betreft geen uitzondering gemaakt worden voor andere culturen, godsdiensten of politieke ideologieën, zoals de islamitische.
De grens van de tolerantie is bereikt wanneer er inbreuken gebeuren op onze Grondwet en basisprincipes, zoals de gelijkwaardigheid van man en vrouw, de scheiding tussen Kerk en Staat, democratie en mensenrechten.
Zo worden er niet enkel flagrante inbreuken gepropagandeerd op de mensenrechten van vrouwen en meisjes, die als irrelevant beschouwd worden in de islam, maar ook in de moskee zelf zijn zij nauwelijks welkom.
Tijdens uw bezoek aan de moskee ‘Hacı Bayram’ zal men zeer terughoudend zijn in het geven van informatie over de positie van de vrouw in de islam. Daarom wil u graag nog voorafgaand aan uw bezoek deze kritische bedenkingen en feiten meegeven hieromtrent. Het belangt immers mijn zoon en het respect dat hij moet leren hebben ten overstaande van meisjes en vrouwen aan.
Volgens de islamitische leer is er geen sprake van gelijkwaardigheid van man en vrouw, laat staan van basis respect voor meisjes en vrouwen.
Binnen de islam wordt de vrouw als inferieur, zwak, kwaadwillig, evenals intellectueel en geestelijk minderbegaafd aangezien. Daardoor worden vrouwen in de praktijk door moslims ook effectief als minderwaardig behandeld en dat botst met onze westerse samenleving waarin de gelijkwaardigheid van man en vrouw een fundamenteel basisprincipe is.
In de Koran zijn er bovendien verschillende passages te vinden waaruit blijkt dat de gelijkwaardigheid van man en vrouw absoluut geen basisprincipe is.
Er zijn minstens zeven soorten discriminaties van de vrouw, die zeer duidelijk in de Koran verwoord staan en radicaal in strijd zijn met het westerse principe van gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen.
Zo bevoorrecht Allah in de Koran duidelijk de man boven de vrouw (vers 4: 34), en hij geeft hem bijvoorbeeld ook dubbel zoveel rechten bij de verdeling van een erfenis (vers 4: 176), maar stelt hij ook duidelijk dat de getuigenis van een vrouw maar half zoveel waard is als die van een man (vers 2: 282). Bovendien wordt polygamie vooropgesteld en gepromoot (vers 23: 1-6).
Een vrouw moet volgens de Koran ook onvoorwaardelijk gehoorzaam zijn aan haar echtgenoot (vers 4: 34), en mag in geval van blijvende ongehoorzaamheid hiervoor zelfs door haar echtgenoot afgeranseld worden (vers 4: 34). Ook kan een man van zijn vrouw zonder meer scheiden door haar te verstoten, terwijl het omgekeerde volgens de Koran dan weer totaal onmogelijk is (vers 65:1).
Dit laatste ligt in de lijn van de Koran, waarin het huwelijk zelf ook al niet vrijwillig noch op basis van gelijkwaardigheid aangegaan wordt.
Vrouwen worden binnen de islam op allerhande manieren gediscrimineerd en zelfs vernederd. Zo is bijvoorbeeld de regeling met betrekking tot overspel, waar de doodstraf op staat, zeer onrechtvaardig en onmenselijk. Vrouwen die slachtoffer zijn van een verkrachting, moeten dit volgens de sharia bewijzen door middel van vier mannelijke getuigen. Als zij geen vier mannelijke getuigen de verkrachting kan laten bevestigen, dan wordt het feit als overspel vanwege de vrouw beschouwd. In landen zoals Saoedi-Arabië, Iran, Nigeria en Soedan staat hierop de doodstraf. U kent de beelden van stenigingen die de wereld rondgaan waarschijnlijk wel. Of misschien heeft u ook al de beelden gezien en verhalen vernomen over de slavenmarkten die in naam van de islam onlangs heringevoerd werden op basis van vers 23:6, 4:24, 70:29 en 8:69 voor gevangen genomen vrouwen.
De islam is geen religie zoals andere wereldgodsdiensten, maar een politieke ideologie die in haar heilig boek, de Koran, zelfs regels heeft voor de oorlogsvoering tegen niet-gelovigen, tegen ons dus.
Het beeld van een ‘thee-en-koekjes’-islam en de ‘duizend-en-één-nacht’-islam dat u zal voorgeschoteld krijgen tijdens uw bezoek aan de ‘Hacı Bayram’ moskee vertoont slechts weinig raakpunten met de realiteit.
De islam doet verwoede pogingen om zand in de ogen van de niets vermoedende Europeaan te strooien. Opendeurdagen in de moskee, klasbezoeken aan de moskee, Marokkaanse thee met koekjes in de gebedsruimte,… het staat allemaal op het menu om de indruk te wekken dat de moskee een onschuldige religieuze ontmoetingsplaats is. Meestal worden kosten noch moeite gespaard om een gematigd beeld van de islam en van de moskee op te hangen.
Ik hoop dat u tijdens het bezoek de mogelijkheid krijgt om enkele simpel kritische vragen te stellen, zoals ‘waar is de plaats van de meisjes en vrouwen?’ maar ik begrijp dat het voor jonge kinderen nog niet mogelijk is om de juiste intellectueel kritische vragen te formuleren.
Ik blijf er dan ook bij dat het doel van uw godsdienstlessen en –uitstappen zeer nobel is maar niet optimaal voor onze jonge kinderen wiens bescherming wij moeten opnemen. U begrijpt dat ik erg bezorgd ben omwille van het geplande moskee bezoek.
Tot slot kan ik u meedelen dat mijn dochter enkel jaren geleden mee geweest is naar de voormelde moskee. Ze heeft daar als jong meisje flink haar mannetje gestaan en de juiste vragen gesteld. De antwoorden die ze kreeg waren van die aard dat ze voorlopig haar conclusie heeft kunnen trekken over de positie die haar te wachten zou staan binnen de islam. En dat siert.
Voor mijn zoon schat ik echter het gevaar groter in. Binnen de islam worden jongens en mannen naar de mond gepraat om hen in te lijven en zelfs op te offeren als jihadist. Dat maakt mij uitermate bezorgd.
Ik heb trouwens de brief die u zojuist las destijds al gestuurd aan de juf van mijn dochter en de vorige directeur. Ik kreeg hierop helaas nooit antwoord.
Met vriendelijke groeten,
Anke Van dermeersch, bezorgde mama