Senaat: Grondwetsherziening – N-VA bedriegt en/of is bedrogen!
Tussenkomst bij de voorstellen van verklaring tot herziening van de Grondwet
Mijnheer de voorzitter,
Het Vlaams Belang is van oordeel dat de procedure tot herziening van de Grondwet zoals die in dit land is geregeld veel te rigide is.
U kent de procedure. Eerst moet de preconstituante, dat wat wij – onder meer wij – hier vandaag zijn, een aantal artikelen aanduiden. Tevens moeten de Kamer en de regering diezelfde artikelen hebben aangeduid.
Dan moeten er verkiezingen komen.
En pas dan kan de constituante, het nieuwe parlement dus, dat wil zeggen Kamer en Senaat, overgaan tot een wijziging van de door de preconstituante aangeduide artikels.
Dat moet dan nog door een twee derde meerderheid gebeuren. Ingevolge de verkiezingen is de samenstelling van de constituante ook nog eens anders dan die van de preconstituante.
Dat zijn dus heel wat hordes die moeten worden genomen vooraleer artikelen van de Grondwet kunnen worden gewijzigd. Deze procedure vormt dus een heel grote grendel op het aanbrengen van wijzigingen aan de Grondwet.
Wij zijn daarentegen voorstander van een soepele Grondwetsherzieningsprocedure, zodat de wetgever, de constituante, soepel kan inspelen op nieuwe uitdagingen en noden.
Vanuit die optiek zijn wij steeds principieel van oordeel geweest dat de Grondwet door de Constituante in haar geheel voor herziening vatbaar moet worden verklaard. Kwestie van de eerste horde van deze rigide procedure alvast al te nemen en de volgende bestuursploeg alle mogelijkheden te geven om soepeler te kunnen inspelen op de politieke noden van de samenleving. Vandaar dat wij voorstellen hebben ingediend, zoals we dat altijd doen, om alle artikelen van de Grondwet te herzien.
Dat is dus onze principiële visie op deze zaak.
Daarnaast is er natuurlijk de politieke context, de politieke realiteit, die van een andere orde is, maar waar ook rekening mee gehouden moet worden in wat we hier vandaag doen.
Concreet stel ik vast dat, zowel in de Kamer als hier in de Senaat, de Franstalige linkse politieke meerderheid, samen met de Vlaamse linkse politieke minderheid erop aanstuurt om alleen die Grondwetsartikelen voor herziening vatbaar te stellen die in hun politieke agenda passen.
Een politieke agenda die er onder meer op gericht is om volgende legislatuur een herfederalisering van bepaalde materies te kunnen doordrukken en een aantal andere zaken te realiseren die ik politiek gezien hoogst ongewenst vind. Artikelen die voor het Vlaams Belang politiek relevant zijn om te worden herzien, werden daarentegen niet voor herziening vatbaar verklaard.
Het gaat natuurlijk niet op, collega’s, dat wij hier vandaag links helpen om hun politieke agenda te kunnen realiseren, terwijl zij de deur helemaal dichtgooien voor Grondwetsartikelen die nuttig zouden kunnen zijn voor de realisatie van onze politieke agenda.
Wij zijn als Vlaams Belang niet zo naïef zoals N-VA dat in de Kamer is geweest, door links op een dienblaadje te bedienen en zelf van een kale reis thuis te komen.
Wij zullen in het kader van deze politieke context dan ook in de principe tégen de Grondwetsartikelen, waarvan het voorstel tot herziening hier vandaag wordt gepresenteerd, stemmen.
En ik roep ook de N-VA hier in de Senaat op om hetzelfde te doen, zodat zij de strategische politieke blunder die hun collega’s mijns inziens in de Kamer hebben begaan, hier nog kunnen rechtzetten.
We stellen alles in herziening – of we stellen niets in herziening!
Er is, collega’s, zoals daarstraks al gezegd, nog een derde speler in het spel, de regering, of beter gezegd wijlen de regering.
Dat was alvast een regering die niet van haar woord is, tenzij de N-VA geprobeerd heeft de goegemeente iets wijs te maken.
Ik heb het hier nu over de zogenaamde atomaschriftjes. Men zal zich nog wel herinneren dat de N-VA aan het begin van deze regeerperiode het communautaire voor vijf jaar in het diepvriesvak heeft gestoken om aan de vetpotten van de regering van Michel I te kunnen participeren.
Dat stuitte op nogal wat kritiek binnen de Vlaamse Beweging en om die kritiek wat te pareren, maakte N-VA de publieke opinie wijs dat er afspraken bestonden binnen de regering om aan het einde van haar regeerperiode onder meer artikel 195 voor herziening vatbaar te verklaren, zodanig dat een volgende regering dan desgevallend een grote staatshervorming zou kunnen realiseren.
Dat artikel 195 is er zoals we weten niet bij, met als gevolg dat het federale regeringsavontuur van de N-VA neerkomt op minstens tien jaar communautaire stilstand.
Ik kan uit deze gang van zaken maar twee mogelijke conclusies trekken:
Ofwel heeft de N-VA haar achterban flink voorgelogen en waren er helemaal geen geheime afspraken en atomaschriftjes.
Ofwel is deze voormalige regering een woordbreker, want een woord is een woord, en dat woord blijft bij gentlemen ook gestand, zelfs als één partner intussen het schip heeft verlaten.
Wat is hier dus het geval? Hebben we hier te doen met een politieke partij die haar achterban heeft voorgelogen? Of hebben we te doen met een lichtgelovige N-VA, die zich in de luren heeft laten leggen door een aantal woordbrekers? Aan de voormalige meerderheid om ons hierop het antwoord te geven.
De les mag voor Vlaams-nationalisten in alle geval wel duidelijk zijn – al hebben wij van het Vlaams Belang die conclusies al tientallen jaren geleden getrokken: de federale participatiestrategie leidt nergens toe, tenzij tot bedrog of tot bedrogen worden.
Eén ding staat in alle geval vast: het federale N-VA-avontuur heeft Vlaanderen opnieuw jaren achteruit geslagen door ons voor tien jaar met een communautaire stilstand, en dus met een communautaire achteruitgang, op te zadelen. Er komt geen nieuwe staatshervorming die Vlaanderen meer zelfbeschikking geeft; er komt geen confederalisme – wat dat ook mag zijn -; er komt zelfs geen begin van dit alles.
In het beste geval krijgen we een Belgisch status quo waarbij de miljardentransfers van Vlaanderen naar Wallonië ongestoord verder gaan en dit hopeloos onbestuurbare land verder aanmoddert; in het slechtste geval krijgen we daarbovenop nog een reactionaire Belgische restauratiebeweging. Proficiat N-VA, met zoveel politiek doorzicht!
Ik wil ten slotte nog specifiek op één punt ingaan van de artikelen die tot nog toe weerhouden – of niet weerhouden – werden en dat zijn deze die betrekking hebben op de Senaat zelf.
Ik kan alleen maar vaststellen dat een aantal Belgicistische krachten ervoor hebben gezorgd dat de meeste van de Grondwetsartikelen die op deze assemblee betrekking hebben niet werden weerhouden. Dat is en grote gemiste kans.
Als men eerlijk wil zijn, kunnen wij immers niet anders dan vaststellen dat deze assemblee als tak van de wetgevende macht de jongste vijf jaar een quasi comateus bestaan heeft geleid.
Zij heeft vooral haar tijd besteed aan het opstellen van informatieverslagen die niemand leest en aan het stemmen van resoluties, zaken waarvan de meerwaarde voor het landsbestuur echter verwaarloosbaar zijn.
Ik kan dus alleen maar vaststellen dat deze instelling geen bestaansreden meer heeft en dat zij vanuit het oogpunt van de staatsfinanciën, want de senaat kost elk jaar ongeveer 40 miljoen euro, maar ook vanuit het oogpunt van behoorlijk bestuur best kan worden opgedoekt.
Men bewijst de bevolking er echt geen dienst mee door deze instelling voor nog eens vijf jaar in een levend comateuze toestand te houden. We hadden hier vandaag – en een paar weken geleden in de Kamer – beter de aanzet gegeven om alle Grondwetsartikelen voor herziening vatbaar te verklaren die betrekking hebben op de Senaat. Dat dit niet gebeurt is een gemiste kans en eigenlijk een publieke schande!