Uitrijperiode moet 14 dagen verlengd worden
Vlaamse Volksvertegenwoordiger Stefaan Sintobin dringt in een schrijven bij de Ministers Schauvliege (Leefmilieu) en Peeters (Landbouw) aan op een verlenging van de uitrijperiode voor mest met 14 dagen en dus een uitstel van 14 dagen van het uitrijverbod en dit voor alle gebieden.
Meer dan 40 procent van het graan is immers nog niet geoogst. Zonder een verlenging van de uitrijregeling zullen de landbouwers niet meer de tijd hebben om nog drijfmest uit te rijden. Met uitzondering van de zware kleigronden in de polders, mag elders in Vlaanderen immers geen drijfmest meer worden uitgereden na 31 augustus. Veel landbouwbedrijven hebben gerekend op deze zomerbemesting om hun mestbalans in evenwicht te brengen. Bovendien is de mest ook nodig voor de groei van groenbemesters en bepaalde winterteelten.
Bij het opmaken van de regels kan men immers maar rekening houden met gemiddelden, terwijl excessen zoals droogte en wateroverlast moeilijk gevat kunnen worden in wetten en nauwe tijdspannes. Zelfs de Europese Nitraatrichtlijn voorziet in de mogelijkheid om rekening te houden met uitzonderlijke weersomstandigheden. Een beperkte verlenging van de uitrijregeling hoeft trouwens helemaal geen negatieve impact te hebben op het nitraatresidu.
De voorbije jaren (bv. in 2007) konden de landbouwers ook in de kwetsbare gebieden in de polders, zand-leemstreek en de leemstreken van de provincies West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams Brabant bij ministerieel besluit een extra zondag (tot en met 7 september) hun mest uitrijden omdat ook toen de slechte weersomstandigheden ervoor zorgden dat de oogst niet tijdig kon worden binnengehaald.
 Vandaag dient dezelfde problematiek zich terug aan en vragen veel landbouwers terecht andermaal een verlenging.
