Paspoort voor kleine Osama
Twee echtgenotes van “Belgische” fundamentalisten van Sharia4Belgium die naar Syrië waren vertrokken om zich aan te sluiten bij een islamitische terreurgroep, zijn teruggekeerd naar België om daar te bevallen. Volgens de media hadden zij daarbij hulp gekregen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
Anke Van dermeersch vroeg minister Reynders wat daarvan de ware toedracht was. Eerst ontkende Reynders dat beide terroristenvrouwen hulp hadden gekregen van zijn diensten, maar hij moest wel toegeven dat zij een paspoort hadden aangevraagd én gekregen. Anke Van dermeersch hekelde de hypocrisie van de fundamentalisten die spuwen op alles wat westers is, maar die wel hier willen komen profiteren van westerse medische zorgen. Zij vroeg bovendien dat de kinderen van die vrouwen als beschermende maatregel aan het ouderlijk gezag onttrokken zouden worden. Geen overbodige vraag: één van die vrouwen had haar zoontje van nog geen twee jaar zelfs meegenomen naar het oorlogsgebied in Syrië. Het jongetje heette “Osama” en er stond een kalasjnikov op zijn geboortekaartje…
Mondelinge vraag van mevrouw Anke Van dermeersch aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken en aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen over «de hulp van de Belgische autoriteiten aan de echtgenotes van Syriëstrijders» (nr. 5‑1276)
Mevrouw Anke Van dermeersch (VB). – De Gazet van Antwerpen brengt vandaag een heel verhaal over de hulp die Belgische instanties zouden hebben geboden aan twee echtgenotes van Syriëstrijders die uit ons land afkomstig zijn. Zij waren namelijk eerst met hun man naar Syrië getrokken, maar wilden daarna terug naar België om hier te bevallen. Volgens de krant zouden de diensten van zowel Binnenlandse als Buitenlandse Zaken hen hebben geholpen om naar ons land terug te keren.
De logica daarvan zie ik absoluut niet in. Wie naar Syrië reist om aan terrorisme te doen of daaraan medeplichtig te zijn, moet ook in dat land blijven. Dat is immers de enige manier om de gevolgen te dragen van zijn eigen daden.
Mocht de regering niets hebben gedaan, dan zou ze nochtans een afschrikwekkend voorbeeld hebben gesteld ten aanzien van alle naïeve, multicultureel geïndoctrineerde Vlaamse meisjes en vrouwen die een huwelijk of relatie aangaan met een moslim. Dat zou a fortiori het geval zijn geweest voor iedereen die naar Syrië trekt om daar het islamitische terrorisme te steunen, er mee te vechten of in ieder geval medeplichtig te zijn. Geldt dat laatste dan niet voor wie een Syriëstrijder ondersteunt?
De heer Bert Anciaux (sp.a). – Waar wil collega Van dermeersch naartoe? Bedoelt ze dat iedereen die wil terugkomen, daar maar moet blijven en er moet worden afgeslacht?
Mevrouw Anke Van dermeersch (VB). – Ik vind inderdaad dat de Belgische overheid op dat vlak geen enkele bijstand moet verlenen. Wie als zwangere vrouw naar Syrië trekt en in een moslimland wil meewerken aan een strijd die uiteindelijk is gericht tegen het Westen en de westerse maatschappij, moet daarvan nu eenmaal de gevolgen dragen.
Terwijl de islam hoog oploopt met halal slachten en halal voeding, wat het gevolg is van veel dierenleed, zijn er voor aanstaande moeders wel goede redenen om hier in het Westen te bevallen, mét epidurale verdoving. Daarom willen die vrouwen naar hier terugkeren. Als ze consequent willen zijn, moeten ze misschien overwegen halal te bevallen, iets waar ik absoluut tegen gekant ben. Hoe dan ook moet wie de islamitische regels aanhangt en bovendien elders terroristen gaat ondersteunen, daarvan de consequenties aanvaarden.
We hebben het over een moeder die een heel klein kind heeft meegenomen naar een oorlogsgebied. Ze beviel in de materniteit van Sint-Augustinus te Wilrijk en liet op de gang een geboortekaartje ophangen waarop ze zelf met een kalasjnikov poseert en waaruit ook blijkt dat de pasgeborene Osama als naam heeft meegekregen. Dat gegeven is genoegzaam bekend in de lokale gemeenschap waar ik vandaan kom. Wie twijfelt er dan nog over het potentieel gevaar voor terrorisme?
Wie op zo’n duidelijke manier op het Westen spuwt en bovendien het lef heeft om met een heel klein kindje naar het Syrische oorlogsgebied te trekken en er het terrorisme te ondersteunen, is verkeerd bezig. Desnoods had de overheid zelfs – en ik ga daarmee nog een stap verder, collega Anciaux – die vrouw uit het ouderlijk gezag moeten ontzetten. België had nooit mogen toelaten dat een kind in gevaar wordt gebracht door het mee te nemen naar een oorlogsgebied in Syrië om terroristen te ondersteunen, die uiteindelijk het Westen bekampen. Het ergert me dat een bestaande wetgeving die volkomen terecht is, niet wordt toegepast.
Als een kind van die twee terroristenvrouwen hier wordt geboren, zou het dus gewoon in België moeten worden gehouden, wat mogelijk is door het aan het ouderlijk gezag te onttrekken. Daarvoor is het nog niet te laat. We kunnen gewoon toekijken hoe die kinderen worden opgekweekt en geïndoctrineerd tot terroristen, of niet. Die keuze ligt bij ons. Het voorbeeld was zo stuitend dat ik het hier wel moest aanhalen en het verklaart ook mijn vragen aan de minister.
Kloppen de beweringen in Gazet van Antwerpen? In het licht van de talloze aanwijzingen meen ik van wel. Zo ja, op welke wijze hebben de Belgische autoriteiten beide jihadstrijders geholpen en hoe wordt dat gemotiveerd? Kregen ze paspoorten en een betaalde reis aangeboden?
Zo neen, dan vernam ik graag op welke wijze het in Gazet van Antwerpen tot een foutieve berichtgeving is gekomen en ook hoe de andere gelijkaardige geruchten binnen onze maatschappij zijn ontstaan.
Hoe bereiden de Belgische instanties zich voor op de toekomst van de jihadi-echtgenotes? Het gaat immers om zeer geradicaliseerde en gevaarlijke elementen die al één kind en misschien ook nog ongeboren kinderen in gevaar zullen brengen. Worden hun kinderen aan het ouderlijk gezag onttrokken?
De voorzitter. – Ik herinner de heer Anciaux eraan dat hij niet het woord mag nemen in het kader van een mondelinge vraag. Het staat hem uiteraard vrij een ander parlement op te zoeken waar dat wel mogelijk is, bijvoorbeeld het Vlaams Parlement.
De heer Didier Reynders, vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken. – Ik heb enkel een antwoord voor mevrouw Van dermeersch, helaas niet voor de heer Anciaux.
Ook ik heb het artikel in de Gazet van Antwerpen gelezen, maar ik heb enkele feiten nauwkeurig laten checken.
Buitenlandse Zaken heeft geen bijstand verleend aan Tatiana Wielandt. Ze reisde blijkbaar zelfstandig naar België en nam geen contact met onze ambassade in Ankara, noch met een andere post. Mijn diensten werden door de federale politie van Antwerpen op de hoogte gebracht op het ogenblik dat mevrouw Abouallal al op Turks grondgebied was. Mijn departement was vooraf niet op de hoogte van de acties die beide vrouwen hebben ondernomen met het oog op hun terugkeer en heeft dan ook geen “terugkeerplan” uitgewerkt om hen uit Syrië te repatriëren. Het Belgisch consulaat-generaal in Istanbul leverde wel een voorlopig reisdocument af aan het vijftien maanden oude zoontje van mevrouw Abouallal. Alle Belgische onderdanen die niet over een paspoort of reisdocument beschikken en niet worden gezocht, kunnen zich immers tot een consulaire beroepspost wenden om een reisdocument te bekomen.
De beide vrouwen kochten zelf hun ticket en Buitenlandse Zaken leverde op geen enkele manier een financiële bijdrage. De Belgische ambassade in Den Haag werd door niemand gecontacteerd en was niet op de hoogte van de terugkeer van mevrouw Abouallal via Nederland.
Voor de maatregelen die zijn genomen nu de betrokken terug in België zijn, verwijs ik naar het antwoord dat de minister van Binnenlandse Zaken al in het parlement heeft gegeven op vragen over personen die uit Syrië terugkeren. Er bestaat een specifiek platform om de situatie van elke teruggekeerde te bespreken en met alle bevoegde diensten te beslissen welke maatregelen dienen te worden genomen.
Mevrouw Anke Van dermeersch (VB). – Heb ik het goed begrepen dat er aan de twee vrouwen geen paspoort werd afgeleverd? Het verwondert me dat ze zomaar kunnen reizen, want ze zouden tenminste gerapporteerd moeten zijn of gezocht moeten worden voor medeplichtigheid aan terrorisme. Het is dus zeer verwonderlijk dat de minister niet op de hoogte was. Als ik het goed begrepen heb, werd alleen een paspoort uitgereikt voor het vijftien maanden oude zoontje. Dat vormt op zich natuurlijk geen probleem, want het kind kan aan de hele situatie niets doen.
Op mijn vraag over het ouderlijk gezag heb ik van de minister geen antwoord gekregen. Hij vindt blijkbaar dat het zomaar moet kunnen dat iemand met een heel klein kind, dat toen het vertrok jonger was dan vijftien maanden, naar oorlogsgebied trekt. Het kind mag ook zomaar bij de ouders blijven, terwijl die zich duidelijk schuldig hebben gemaakt aan het steunen van terrorisme, wat verboden is volgens de wet op privémilities en het deelnemen aan buitenlandse strijd.
De heer Didier Reynders, vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken. – De wet is de wet. Misschien geldt dat niet voor mevrouw Van dermeersch, maar wel voor mijn diensten.
Mevrouw Anke Van dermeersch (VB). – Daar wil ik toch even op ingaan. De wet is inderdaad de wet. Het is verboden om in het buitenland aan een oorlog deel te nemen. Het is ook verboden om deel uit te maken van een privémilitie en ook terrorisme is verboden. Dat zijn allemaal wetgevingen die moeten worden toegepast. Wanneer er een overval wordt gepleegd, is degene die buiten in een auto staat te wachten om de overvallers op te pikken, medeplichtig aan die overval. Hetzelfde geldt voor terrorisme. Wie terroristen in het buitenland ondersteunt en dus meedoet aan de oorlog die daar woedt, is medeplichtig aan terrorisme en overtreedt de wet. Ik vraag de minister maar één ding, namelijk dat hij de wetgeving naleeft, net zoals ik dat zelf ook doe. Hij moet mij er nooit van beschuldigen dat ik de wet niet naleef. Mensen in Vlaanderen vragen niet meer of minder dan dat de wetgeving wordt toegepast, zowel op Vlamingen als op allochtonen, zoals het moet.